De reeks 'Zoeklicht dyslexie' is speciaal ontwormen voor kinderen uit verschillende leeftijdscategorieën met ernstige leesproblemen. Bedoeling is om hen te laten zien dat lezen ook voor hen leuk kan zijn. Achteraan in de boeken krijgen ouders enkele tips om hun kinderen te helpen bij het lezen. Voor de lezer is er een stappenplan om de lectuur aan te vatten. Op de cover wordt nog het oude AVI-niveau vermeld. Op de website van uitgeverij Zwijsen geeft men bij de reeks wel al de nieuwe AVI's, met verwijzing naar het leerjaar. Deze boeken verschijnen in 'serie 4', voor kinderen van negen tot tien jaar.

De boeken zijn opgesteld in het lettertype Read Regular dat speciaal voor de doelgroep werd ontworpen. Om in het verhaal te komen, kunnen de kinderen het eerste hoofdstuk van het boek beluisteren op een cd. Op flappen voor en achteraan in het boek vind je afbeeldingen van de hoofdpersonages met hun namen. Ook de moeilijke woorden worden hier afgebeeld. In de tekst zelf zijn deze vet gedrukt. Verder werd gebruik gemaakt van getint papier, waardoor het contrast tussen letters en papier kleiner is. Bij elk hoofdstuk hoort een kleurrijke prent.

Al deze technische snufjes kunnen dan wel helpen om kinderen met dyslexie aan het lezen te krijgen, maar het allerbelangrijkste blijft uiteraard het verhaal. Uit mijn ervaring met kinderen met ernstige leesproblemen weet ik dat ze de voorkeur geven aan verhalen met een duidelijke, liefst chronologische, verhaalstructuur. Het verhaal mag ook niet te lang zijn en de taal moet eenvoudig blijven, met een directe stijl met veel ruimte voor dialogen. Verhalen voor negen- à tienjarigen mogen uiteraard niet te kinderachtig zijn. Kinderen met leesproblemen houden bovendien van verhalen met actie, komische situaties en spanning. Om de aandacht vast te houden zijn hoofdstukken met een spannend einde een troef. De meeste boeken in 'serie 4' voldoen aan deze criteria. Enkele boeken bieden echter nog een tikkeltje méér: ze prikkelen de verbeelding en bieden kansen om zich in te leven in de gevoelens en situaties van de beschreven personages.

Erg aantrekkelijk ? o.m. door de uitnodigende cover ? is Een schat van een dief (AVI 7), een herkenbaar verhaal over een schuchter jongetje dat zichzelf een 'schijtluis' vindt omdat hij weinig durft. Om zichzelf te bewijzen steelt hij een fiets. Daar heeft hij echter al snel spijt van, maar het lukt niet meteen om het goed te maken. Ook Het raadsel van de rode ruit (AVI 7) spreekt meteen aan. In dit mysterieus verhaal over een oud huis waarin vreemde zaken gebeuren wordt de spanning in elk hoofdstuk mooi opgebouwd. Ook het verrassende einde bevredigt de wensen van de lezer.

In De tas (AVI 7) vinden Diederik en Emma een tas vol geld op het schoolplein. Dat wordt het begin van een spannend avontuur waarbij ze eigenlijk zelf in het ootje worden genomen. In Superheld (AVI 8) wisselen droom en realiteit elkaar dan weer af.

De inhoud van Brugpiepers (AVI 9) is voor Vlaamse kinderen wellicht minder toegankelijk omdat er verwezen wordt naar Nederlandse schooltypes. Marijn en Lola zitten in groep zeven (vijfde leerjaar). Ze gaan een kijkje nemen in de school van Piek, hun 16-jarige buurjongen, waar ze zelfs enkele lessen mogen bijwonen. Plots is Lola verdwenen. Na een lange zoektocht vinden ze haar in de meisjestoiletten, druk bezig met het aanbrengen van lipgloss.

En de winnaar is... (AVI 8) brengt een herkenbaar en grappig verhaal in de ik-vorm over een nieuw-samengesteld gezin. Ariaan en Hannes zijn allebei tien jaar en toch geen tweeling. De jongens besluiten om hun hond Dirk te laten deelnemen aan een verkiezing van de leukste hond. Voor het zover is, moeten ze veel oefenen, want Dirk is niet alleen een lelijk driekleurig monster, hij kent ook geen enkel kunstje.

Echte uitschieters kent deze reeks niet. De boekjes bieden een dosis ontspanning, en door de lay-out, het speciale lettertype, de vele illustraties en de bijhorende cd-rom kunnen ze kinderen met dyslexie zeker helpen bij het lezen. [Anita Wuestenberg]

De ouders van Pieter-Robin en Anneroos willen een groot huis kopen om er een kinderhotel van te maken. Pieter-Robin vertrouwt de verkoper - meneer Verkwist - niet, zeker als hij via de rode ruit in een glas-in-loodraam allerlei signalen krijgt en hij vermoedt dat de eigenaresse (Tante Zwaantje) helemaal niet overleden is. Met Anneroos gaat hij op onderzoek uit. Eenvoudig verhaal uit de reeks Zoeklicht dyslexie* (AVI-E6), speciaal voor dyslectische kinderen. Elke zin begint op een nieuwe regel; speciaal ontwikkeld lettertype, ruime interlinie en korte hoofdstukken met een overzichtelijke bladspiegel. De hoofdpersonen staan op de schutbladen afgebeeld; vetgedrukte woorden in de tekst worden op uitklapbare flappen herhaald en gevisualiseerd. Acht paginagrote, ouderwets aandoende kleurenillustraties verlevendigen het verhaal. Achterin leestips voor ouders, de andere zeven delen uit deze vierde serie en een korte biografie van auteur en illustrator. Op de bijgevoegde audio-cd worden de hoofdpersonen voorgesteld, de moeilijke woorden opgelezen en wordt het eerste hoofdstuk voorgelezen (ook van de zeven andere delen uit de serie). Voor moeilijk lezenden vanaf ca. 10 jaar.

Pieter-Robin ruikt meteen onraad. Hij en zijn zusje Anneroos nemen mee een kijkje in het landhuis dat zijn ouders zo graag willen kopen. Ze willen er een kinderhotel in onderbrengen. Meneer Verkwist leidt hen rond en wil het zaakje snel afhandelen. Zijn tante Zwaan is net overleden en het huis is te groot voor hem alleen. Maar wat ziet Pieter-Robin in de rode ruit in het glas-in-loodraam op de traphal? Hij trekt samen met zijn zusje op onderzoek en ontdekt de snode plannen van Verkwist. Dit boek maakt deel uit van de reeks Zoeklicht dyslexie. Er werd een speciaal lettertype ontwikkeld (Read Regular) om dyslectici in het lezen en schrijven te ondersteunen. Naast dit lettertype werd er ook voor een duidelijke bladschikking gezorgd. De tekst is op AVI-9 geschreven. Het verhaal wordt visueel ondersteund door paginagrote tekeningen. Bij deze reeks hoort ook een cd waarop het eerste hoofdstuk wordt voorgelezen. Voor het verhaal aanvangt, vertelt een stem wat er op de tekening vooraan (de ‘leesplattegrond’) te zien is en leest de moeilijke woorden voor. Er is één cd voor de hele reeks, waarop de acht boekjes aan bod komen. Bovendien heeft het boek een flapje voor- en achteraan waarop enkele woorden met bijhorende tekeningen staan, die ter ondersteuning naast het verhaal kunnen worden opengevouwen. Zelfs over de papierkeuze is grondig nagedacht: de woorden rusten op een zachtgele ondergrond. Een boekje geschreven in opdracht. En dat voel je. Het werd een beetje een afgelikt verhaaltje. Voorspelbaar, al worden er enkele flinke pogingen ondernomen om een spanningsboog op te bouwen. Ook de illustraties tillen het geheel niet echt tot een hoger niveau, al wordt er hier en daar moeite gedaan om er spanning in te brengen door het gekozen perspectief en het spel met licht en donker. Jammer, want zeker kinderen die moeite hebben met lezen hebben recht op degelijk leesvoer! Misschien is er iets te hard nagedacht over het concept?